Woensdag 15 oktober Recreanten avond
Twee keer per jaar organiseert de Boul-Lier een toernooi, speciaal voor de recreanten die deelnemen aan het Bradelier toernooi. Als je dan de respons ziet, is dat in schril contrast met de feestweek. Die 720 plekken zijn in no time vergeven. Als vanavond rond half acht de eerste deelnemers/gasten het pand betreden hopen we nog op een ruime opkomst; er zijn nl. genoeg gegadigden en maar liefst 15 banen klaargelegd. Het aantal gasten blijft echter voorlopig steken op tegen de twintig. We besluiten nog even te wachten; wie weet, misschien komen er nog wat meer belangstellenden. Als de klok acht uur heeft geslagen, gaan we toch maar beginnen. Aangevuld met een paar Boul-Lier leden kan er door 24 personen op 6 banen gespeeld worden. De latjes worden uitgedeeld en het toernooi dat drie partijen zal duren, begint. De spelers zijn/worden elke partij gemixt en weten tevoren dus niet met en tegen wie er wordt aangetreden. Zo zijn er verrassende combinaties en dito scores. Die worden na elke ronde door Koos in de laptop verwerkt. Een verrukkelijke verrassing volgt rond half tien, als Cafetaria De Eethoek een schaal heerlijke mini-snacks aflevert (door iemand gesponsord, waarvoor dank! Het is alleen een raadsel door wie). Als er drie wedstrijdrondes gespeeld zijn, wordt de eindstand berekend. Dan blijkt Arie Solleveld het best gepresteerd te hebben met 3 +24, gevolgd door Piet Voskamp 3 +18, Gerrit v/d Wel 3 +17 en Dries Bongaards 3 +14. De rest van de deelnemers heeft minimaal één verliespartij. Er is een aanmoedigingsprijs voor Moos van Muijen, 0 -25. Die kan wel een steuntje in de rug gebruiken. Na de prijsuitreiking blijft het nog geruime tijd gezellig. Zelfs zo gezellig, dat de laatsten min of meer de tent uitgezet moeten worden. Om kwart over twaalf keert de rust terug. Piet Voskamp kwam met een leuke suggestie: geef de deelnemers aan de voorjaars editie van het recreanten toernooi de garantie dat ze sowieso aan het Bradelier toernooi mogen meedoen. Dan komen ze wel…. Het is alleen de vraag of dit organisatorisch haalbaar is. Verslag: Koos Wennekers.







